Kinderen en uitvaart
Vogel Frans
Het is niet niks om een uitvaartvogel te zijn. Je ziet een hoop. Verdrietige mensen, soms veel en soms weinig.
Ik ben de vogel met het gestreept mutsje in het kerkje in Maarssen, ze noemen mij daarom ook weleens de uitvaartvogel. Achterin de zaal zit ik op een stoeltje, lichtbruin met donkerblauwe pootjes. Het stoeltje tegenover mij is leeg, daar kunnen kleine mensen even gaan zitten. Dan kunnen ze even tegen mij praten, een tekening met mij maken of een boekje met mij lezen. Ik zie heel veel, praat weinig maar ik ben er altijd, dat is mijn taak als uitvaartvogel.
Hier in het rouwcentrum hebben ze allemaal lampjes, die zijn aan maar ook weleens uit. Af en toe zijn er bloemen maar niet altijd. Ik heb een blauw mutsje met witte streepjes en als het even te veel wordt dan trek ik dat mutsje stiekem over mijn ogen. Dan zie ik even de lampjes, de bloemen en de mensen niet, want je ziet een hoop als uitvaartvogel, verdrietige mensen, soms veel en soms weinig.