Thomas Vertelt: 'Rijke stinkerd'
De uitdrukking ‘rijke stinkerd’ komen we nog regelmatig tegen in ons taalgebruik. Het is de algemene aanduiding voor iemand die veel geld heeft. Maar dan wel in de context dat er min of meer de spot mee wordt gedreven. Hoewel de exacte herkomst van de uitdrukking niet duidelijk is, beschrijven we er een over de overledenen.
Een soms gehoorde uitleg van rijke stinkerd is, dat men in de middeleeuwen in of bij de kerk begraven wilde worden. De arme mensen kregen buiten een plekje op het kerkhof, de rijke mensen hadden hun laatste rustplaats onder de vloer in de kerk. Het meest tot de verbeelding spreekt hier het bijzetten van overledenen van het Koninklijk Huis in de Nieuwe Kerk van Delft.
Vroeger was de afdichting van de graven niet optimaal. Kieren en naden werden niet volledig gedicht. En zo kwam het voor, dat de kerk werd gevuld met de geur van een ontbindend lichaam.
Dit was tijdens de kerkdienst of mis goed te ruiken en dan was er dus overlast door een rijke stinkerd.
Andere beschrijvingen omtrent de herkomst van de uitdrukking zijn onder meer, dat de rijken vroeger een parfum gebruikten om hun eigen lucht te camoufleren, doordat ze minder goed voor zichzelf zorgden. Of het was een uiting van jaloezie door de armen jegens de rijken. De rijken konden zich parfums veroorloven om lekker te ruiken, de jaloerse armen legden dit uit als rijke stinkerds.